Word abonnee en neem Beursduivel Premium
Langetermijnbeleggers hoeven zich geen zorgen te maken over een correctie

Langetermijnbeleggers hoeven zich geen zorgen te maken over een correctie

Deze week tikte de S&P 500 een stand aan die meer dan 10% lager lag dan het laatste hoogtepunt. Dat geldt officieel als een correctiefase. Moeten beleggers zich nu zorgen maken? CNBC zocht het uit.

Beleggers die paniek voelen opkomen, moeten zich niet laten leiden door de waan van de dag, maar vasthouden aan hun plan en rekening houden met langetermijntrends. Het is niet uitzonderlijk dat de markt een correctie van 10% ondergaat.

Wat wel uitzonderlijk is, is hoe lang geleden de laatste correctie is. In het eerste kwartaal van 2020 daalde de S&P 500 met zo’n 33%, waarna herstel optrad. Daarvóór dateert de laatste correctie van eind 2018, toen de Fed sprak over ‘tapering’. Dat veroorzaakte een daling van 19% voor de S&P 500.

Dat zijn twee correcties van 10% of meer in de afgelopen drie jaar en twee maanden. Daarmee ligt het gemiddelde van een correctie op eens in de 19 maanden, en let wel, dat is onder het historisch gemiddelde.

Beleggers weten: correcties zijn normaal

In 2019 schreef Guggenheim in een rapport dat correcties van 5% tot 10% in de S&P regelmatig zijn voorgekomen. Sinds 1946 zijn er 84 dalingen van 5% tot 10% geweest. Dat is meer dan één per jaar. Maar ook blijkt uit de beurshistorie dat de markt snel herstelt na zo’n daling. De gemiddelde tijd die nodig is om te herstellen is een maand.

Grotere dalingen zijn ook voorgekomen, maar minder vaak. Dalingen van 10%-20% hebben zich 29 keer voorgedaan, gemiddeld eens in de 2,5 jaar sinds 1946. Correcties van 20%-40% gemiddeld eens in de 8,5 jaar en een correctie van 40% of meer geschiedt eens in de 25 jaar.

Dalingen in de S&P 500 sinds 1946
Daling Aantal keer Maanden tot herstel
5-10% 84 1
10-20% 29 4
20-40% 9 14
40%+ 3 58

Daarnaast zijn er nog twee dingen om te onthouden:

  • de meeste marktdalingen van meer dan 20% gingen gepaard met recessies
  • de relatief zeldzame maar ernstige correcties van 20%-40% duren gemiddeld slechts 14 maanden en dat is niet lang voor langetermijnbeleggers

De S&P 500 stijgt 3 van de 4 jaar

Dat langetermijnperspectief is belangrijk om in het oog te houden. Historische data kunnen ook positief gelezen worden. Want als de dividenden worden meegerekend, is de S&P sinds 1926 72% van de tijd op jaarbasis gestegen. Dat betekent dat ruwweg slechts één op de vier jaren de markt daalt. Meer dan de helft van de tijd (57%) boekt de S&P winsten van 10% of meer.

Toch leeft de vraag of er een diepere correctie voor de langere termijn aan de gang kan zijn. Iedereen geeft toe dat de markten de afgelopen twaalf jaar buitengewoon goed hebben gepresteerd. Sinds 2009 heeft de S&P 500 gemiddeld zo'n 15% winst per jaar geboekt, ruim boven het historische rendement van zo'n 10% per jaar.

Lagere rendementen liggen in de lijn der verwachting

Die jaarlijkse outperformance wordt vooral verklaard door het stimulerende beleid van de Fed en de ultralage rente. In dat geval is het redelijk om te verwachten dat een terugtrekkende beweging van de Fed uit de markt en het verhogen van de rente een toekomstige periode van lagere rendementen (onder normaal) inluiden.

Dat is in elk geval de mening van Vanguard in de Economic and Market Outlook voor 2022. Daarin stelt de grote aanbieder van ETF's dat het wegvallen van de steunmaatregelen een nieuw risico voor de financiële markten vormt.

Vanguard is voorzichtig met de langetermijnvooruitzichten voor aandelen. De hoge waarderingen en lagere economische groeicijfers betekenen dat in het komende decennium lagere rendementen te verwachten zijn.

Vanguard gaat daarbij uit van rendementen op een 60/40 aandelen- en obligatieportefeuille die ongeveer de helft lager zullen liggen van wat beleggers in de afgelopen tien jaar hebben gerealiseerd. Concreet betekent dat een daling van het verwachte rendement van 9% naar ongeveer 4%. Vanguard blijft optimistisch: de ETF-specialist verwacht geen verliezen, alleen lagere rendementen.

Paniekberichten raken weinig beleggers

Dat de S&P 500 nu 10% onder zijn hoogtepunt noteert, staat met koeienletters in de krant. Maar hoe relevant is dat voor de gemiddelde belegger? Hoeveel mensen kent u die al hun geld hebben geïnvesteerd op een markttop en alles hebben verkocht toen de koersen 10% daalden?

Veel mensen raken in paniek bij dalingen, maar heel weinig mensen hebben ooit al hun geld geïnvesteerd bij piekende koersen. De meeste beleggers doen aan een vorm van periodiek beleggen, waardoor de aankoopkoers gemiddeld wordt en zij hun geld over vele jaren spreiden. Dat betekent dat als aandelen dalen, dat bijna zeker gebeurt bij een hogere prijs dan de belegger ervoor betaald heeft.

Zie ook: Tips en waarschuwingen voor wie nog geen tien jaar belegt

Macro & Bedrijfsagenda

  1. 16 april

    1. China economische groei eerste kwartaal 5% (YoY) volitaliteit verwacht
    2. China industriële productie maart
    3. China detailhandelsverkopen maart
    4. B&S Group Q4-cijfers
    5. Fastned Q1-cijfers
    6. VK werkloosheid feb
    7. SBM Offshore $0,83 ex-dividend
    8. PostNL jaarvergadering
    9. Kendrion €0,45 ex-dividend
    10. EU handelsbalans feb
de volitaliteit verwacht indicator betekend: Market moving event/hoge(re) volatiliteit verwacht