Word abonnee en neem Beursduivel Premium
Rode planeet als pijlen grid met hoorntjes Beursduivel
Fonds van de week: Capital Group AMCAP Fund

Fonds van de week: Capital Group AMCAP Fund

Capital Group AMCAP Fund volgt een doelgerichte, op aantrekkelijk gewaardeerde groei-aandelen gerichte strategie die toeslaat als er koopjes zijn. Die heeft zich bewezen bij het al langer bestaande Amerikaanse zusterfonds. Daarom krijgt ook deze nieuwe Europese fondsvariant een Morningstar Analyst Rating van Gold. 

Capital Group AMCAP Fund in het kort:

  • Morningstar Analyst Rating: Gold
  • Morningstar Rating: ****
  • Beheerteam: Positive
  • Fondshuis: Positive
  • Beleggingsproces: Positive
  • Rendement: Positive
  • Kosten: Positive 

Capital Group AMCAP Fund 

De doelgerichte, op aantrekkelijk gewaardeerde groei-aandelen gerichte strategie die een cashgedeelte gebruikt om toe te slaan als er koopjes zijn, heeft zich bewezen bij het al langer bestaande Amerikaanse zusterfonds. Daarom krijgt ook deze nieuwe Europese fondsvariant een Morningstar Analyst Rating van Gold.

De portefeuille wordt gesegmenteerd beheerd en kent een relatief groot deel small- en midcaps. Het vasthouden aan posities uit hoge overtuiging brengt het risico met zich mee dat het fonds op de korte termijn, tijdens marktrally's, soms achterblijft bij zijn benchmark. Tegelijk heeft dat weer een beschermende werking in neergaande markten.

Beheerteam

Het multimanagersysteem van Capital Group helpt om de bijna 70 miljard dollar die deze strategie onder beheer heeft in goede banen te leiden. Het is een van de grootste actief beheerde US largecapgroei fondsen in de Verenigde Staten. De systematische pluspunten, evenals de ervaring, kundigheid en parallelle belangen van de fondsbeheerders leiden tot een positief oordeel op de People Pillar.

Capital Group heeft sinds juli 2018 het vermogen verdeeld tussen Capital Research Global Investors en Capital International Investors. Claudia Huntington, de zeer ervaren manager die bij het fondshuis begon in 1996, leidt het hele fonds en het CRGI-team dat bestaat uit Eric Richter, Lawrence Solomon, James Terrile en Aidan O'Connell. De CII zijde wordt geleid door Barry Crosthwaite en hij is daar momenteel de enige manager.

Vanuit Los Angeles, San Francisco en Washington D.C. bestieren de managers ieder een eigen segment van de portefeuille, waarbij Huntington en Crosthwaite elkaar helpen om ervoor te zorgen dat hun beleggingsstijlen elkaar aanvullen. O'Connell is bijvoorbeeld de small-cap specialist terwijl Terrile probeert te profiteren van overreacties in de markt op werkelijk en vermeend risico. De ervaring van deze beheerders strekt zich uit van twee tot vier decennia per persoon. De twee teams krijgen ondersteuning van zo'n 50 analisten van wie sommigen een eigen segment van de portefeuille onder hun hoede hebben. Vijf managers hebben meer dan 1 miljoen dollar in het Amerikaanse fonds belegd en eentje minstens 500.000 dollar.

Fondshuis

Capital Group is een van de vaandeldragers in de vermogensbeheerindustrie. In de Verenigde Staten is het fondshuis bekend om zijn aanbod aan Amerikaanse fondsen, en het assortiment aandelen- en allocatiefondsen is betrouwbaar gebleken. 

Het multimanagersysteem is kern van het succes van het fondshuis. Door de fondsen op te delen in onafhankelijk van elkaar beheerde segmenten kunnen beheerders volgens hun eigen stijl beleggen. Dat bevordert diversificatie en vermindert de volatiliteit van de overkoepelende portefeuille. 

De verantwoordelijkheid die de analisten van de researchteams krijgen ten aanzien van de portefeuilles, helpen om jong talent te werven en te ontwikkelen voor de toekomst door hen al vroeg echt met het vermogen aan de slag te laten gaan. Dat resulteert in een beleggingscultuur die wordt gekenmerkt door lange dienstverbanden, sterk co-management door beheerders en concurrerende langetermijntrackrecords.

Capital Group heeft zijn obligatie-aanpak verbeterd door stevigere coördinatie en het aantrekken van nieuwe mensen en verbeterd risicobeheer. Daardoor is het fondshuis nu in staat om te concurreren met de beste obligatiehuizen, hoewel sommige beleggingsprofessionals nog wat meer ervaring moeten opdoen. 

Beleggers hebben de laatste tijd weer meer interesse getoond voor het aanbod aan Amerikaanse fondsen, terwijl het fondshuis bezig is uit te breiden naar Europa, Australië en Azië. of als de instroom naar actieve Amerikaanse fondsen weer toeneemt. Door toenemende instroom van nieuw vermogen vanuit deze regio's wordt het capaciteitsmanagement een punt van aandacht. Het fondshuis moet de grenzen aangeven voor de betreffende strategieën.

Proces

Het fonds richt zich op redelijk geprijsde groei-aandelen die het voor de lange termijn aanhoudt. Zes beheerders en een uitgebreide analistenstaf bestieren ieder verschillende portefeuillesegmenten met ieder een verschillende stijl voor wat concentratie en groeisnelheid van de posities betreft. Het team zoekt bedrijven met een sterke historie van groei, bewezen leiding en concurrentieposities die leiden tot bovengemiddelde groei. De beheerders werken nauw samen met de analisten en selecteren aandelen aan de hand van gedegen fundamentele analyse.

De multimanager-aanpak stelt de teamleden in staat om vast te houden aan hun keuzes met de hoogste overtuiging, terwijl de combinatie van portefeuillesegmenten eventuele volatiliteit dempt. Door met segmenten te werken kunnen de beheerders in small- en midcaps beleggen zonder meteen een grote invloed op de marktkoersen te hebben. Tegelijk is het zo dat relatief grote posities binnen segmenten het lastig maken om die te verhandelen.

De mogelijkheid om cash en obligaties aan te houden als er zich even geen aantrekkelijke beleggingskansen voordoen biedt een extra middel tegen volatiliteit. Dat gedeelte van de portefeuille piekte eind 2002 op bijna 30%, maar bevindt zich doorgaans in de range van 10-15%.

De jaarlijkse portefeuille-omzet komt sinds 2000 uit in de range 15-40% waarbij de beheerders posities vaak voor vijf jaar of langer vasthouden. Zij geven er de voorkeur aan om deze beleggingen zich te laten ontwikkelen dan dat ze veel op de kortetermijnhandelen, hetgeen de transactiekosten alleen maar opjaagt. 

Prestaties

Dit fonds is geïntroduceerd in 2017 maar de Amerikaanse fondsvariant - die op identieke wijze beheerd wordt - heeft een veel langer track record. Dat track record is ook via extensie toegevoegd aan dit zusterfonds na verwerking van de kostenverschillen. Die bedragen circa 30 basispunten voor de rebatevrije aandelenklasse Z.

De sterke weging van de portefeuille in small- en midcaps in combinatie met een dubbelcijferig percentage cash heeft geholpen om aan te haken bij de meeste rally's in de markt terwijl het tegelijk een buffer biedt in neergaande markten en daarvan profiteert door in zulke situaties op koopjes te jagen. 

Vanaf medio 1996, toen de nu langstzittende beheerder Claudia Huntington begon, tot en met juni 2018 heeft de Amerikaanse fondsvariant een gemiddeld jaarlijks rendement geboekt van 10,1% en daarmee versloeg het de Russell 3000 Growth Index met 1,9 procentpunt. 

De bereidheid van de beheerders om cash aan te houden en terughoudend te zijn met sectoren waarvan de waardering aan de hoge kant is, kan leiden tot underperformance op de korte termijn. Een voorbeeld daarvan was in de late jaren negentig, toen een cash-gedeelte van rond 15% en het vermijden van verlieslatende techbedrijven het fonds fors deden achterblijven bij de index. Vervolgens hielp dat juist om na het knappen van de techbubbel goed overeind te blijven.

Toch werkte het beschermende karakter niet in alle marktsituaties even goed. Ook met een behoorlijk cash-gedeelte tijdens de crisis van 2007-2009 bleef het fonds lichtjes achter bij de index door posities in enkele van de slechtst presterende financials, waaronder AIG. Tijdens de correctie van 2015-2016 bleef het fonds opnieuw achter door een sterke weging in de energiesector die het toen slecht deed. 

Kosten

De rebatevrije aandelenklasse Z kent een lopende-kostenfactor van 90 basispunten, een management fee van 75 basispunten en een administratieve fee van 15 basispunten.

Per 1 juni 2018 heeft Capital Group de management fee verlaagd naar 65 basispunten, waardoor de lopende-kostenfactor zoals vermeld in het Key Investor Information Document (KIID) zal dalen naar 80 basispunten per jaar. Dat is een concurrerende prijs voor een actief beheerd fonds in Amerikaanse aandelen in het Europese universum. Daarom is ook het oordeel op de kostenpijler positief.

Robert van den Oever is Research Editor bij Morningstar Benelux

Macro & Bedrijfsagenda

  1. 22 april

    1. NL investeringen februari
    2. SAP Q1-cijfers
    3. NL consumentenvertrouwen april
    4. NL prijzen bestaande koopwoningen maart
    5. ING jaarvergadering
    6. VS Chicago Fed-index maart
    7. EU consumentenvertrouwen april (voorlopig)
  2. 23 april

    1. Japan samengestelde inkoopmanagersindex april
    2. Novartis Q1-cijfers
    3. Renault Q1-cijfers
de volitaliteit verwacht indicator betekend: Market moving event/hoge(re) volatiliteit verwacht