Word abonnee en neem Beursduivel Premium
Rode planeet als pijlen grid met hoorntjes Beursduivel
Het einde van obligatie-bullmarkt, wat nu?

Het einde van obligatie-bullmarkt, wat nu?

Te midden van stijgende rentes op staatsobligaties riep obligatiegoeroe Bill Gross, medeoprichter van PIMCO en tegenwoordig obligatiebeheerder bij Janus Henderson, begin dit jaar het einde van de obligatie bull market uit.

Magere jaren

Met een rentestand van 2,95% bereikte het rendement op Amerikaans 10-jaars staatspapier afgelopen februari het hoogste niveau in vier jaar tijd. Na 25 vette jaren dienen obligatiebeleggers zich volgens Gross op te maken voor de nodige magere jaren.

Stijgende rentes leiden immers tot dalende obligatiekoersen en dat heeft een negatieve invloed op het rendement voor beleggers in obligaties. 

Traditionele obligatiefondsen

Door de stijgende rentes bij een aantrekkende economische groei zoeken beleggers meer naar alternatieve obligatiefondsen die beter bestand zijn tegen stijgende rentes. Deze flexibele obligaties hebben enorm aan populariteit gewonnen ten opzichte van traditionele obligatiefondsen.

De indices die traditionele obligatiefondsen volgen zijn bovendien market-cap gewogen. Dat betekent dat hun samenstelling afhankelijk is van de uitstaande schuld. Hoe hoger de obligatieschuld van landen en/of bedrijven, hoe hoger het gewicht van het desbetreffende land/bedrijf in de index.

Daarnaast hebben veel landen en bedrijven langer lopende obligaties uitgegeven om te profiteren van de lagere rentes. Hierdoor neemt de rentegevoeligheid van deze indices toe. Deze ontwikkelingen vormen een obstakel voor traditionele obligatiefondsen.

Flexibele fondsen

Maar wat zijn flexibele obligatiefondsen? Fondshuizen gebruiken diverse termen om deze strategieën te duiden, zoals unconstrained, strategic, absolute return, long/short, tactical en opportunistic obligatiefondsen.

Morningstar verstaat onder flexibele obligatiefondsen, die fondsen die benchmark agnostisch beheerd worden. Dat betekent dat bij de portefeuillesamenstelling er geen rekening wordt gehouden met een index.

De fondsbeheerder geniet veel vrijheid ten aanzien van de allocatie naar obligatiesectoren, landen en kredietkwaliteit van de obligaties.  Zo kunnen deze fondsen gemiddeld genomen beleggen in staatsobligaties uit ontwikkelde en opkomende landen, in buitenlandse valuta, bedrijfsobligaties, high yield obligaties, derivaten en gesecuritiseerde obligaties (zoals asset- en mortgage backed securities). 

Profiteren van stijgende rente

Ook het duratiebeheer, dat de rentegevoeligheid van dit soort fondsen bepaalt, is erg flexibel. Sommige beheerders kunnen zelfs overgaan tot een negatieve duratie. Dit betekent dat beleggers zelfs kunnen profiteren van een stijgende rente.

Een ander kernmerk van flexibele obligatiefondsen is het intensieve gebruik van derivaten. Het succes daarvan valt of staat met de vaardigheid van de beheerder. Tenslotte streven deze fondsen een absolute rendementsdoelstelling na. Dat wil zeggen dat ze ongeacht marktomstandigheden een positief resultaat willen realiseren. Daarnaast trachten ze het renterisico te beperken of te elimineren en streven ze een lagere correlatie met traditionele obligatiefondsen na.

Betere prestaties

Als we het rendement van flexibele obligatiefondsen (Morningstar Categorie Global Flexible Bond - EUR Hedge) vergelijken met dat van traditionele obligatiefondsen (Morningstar Categorie Global Bond - EUR Hedged), dan blijkt dat flexibele obligatiefondsen gemiddeld genomen beter presteerden over diverse periodes.

Dit hogere rendement gaat wel gepaard met een hoger risico (gemeten aan de hand van de standaarddeviatie van het rendement).

Bovendien lopen de rendementen binnen Morningstar categorie Global Flexible Bond - EUR Hedged behoorlijk uiteen. De 5-jaars rendementen variëren van 5,5% (geannualiseerd) voor het best presterende fonds tot -3,69% voor het slechtst presterende fonds. Dit is een verschil van bijna 9,2% per jaar.

Vergeleken met traditionele obligatiefondsen hebben flexibele obligatiefondsen een lagere duratie. Dit betekent dat ze minder gevoelig zijn voor rentestijgingen.

Dit zien wij ook terug in de rendementen. De Morningstar categorie Global Flexible Bond presteert bij rentestijgingen doorgaans beter dan de “traditionele” categorie Global Bond.

Hoger kredietrisico

Naast een lagere rentegevoeligheid kennen flexibele obligatiefondsen wel een hoger kredietrisico. Hierdoor presteren deze fondsen slechter dan traditionele obligatiefondsen indien de risico-opslag op risicovollere high-yield obligaties toeneemt.

Kennelijk komt er bij flexibele obligatiefondsen in plaats van het renterisico dus een ander risico tevoorschijn: kredietrisico.

Enorme rendementsverschillen

Flexibele obligatiefondsen hebben gemiddeld genomen goed gepresteerd in een stijgende renteomgeving. Maar de rendementen verschillen enorm per fonds, waardoor uw keuze voor een specifieke beheerder extreem belangrijk is.

Daarnaast hebben deze fondsen doorgaans een hoger risicoprofiel dan traditionele obligatiefondsen.

Beleggers moeten zich bewust zijn van het feit dat bij deze fondsen het renterisico doorgaans wordt verruild voor een kredietrisico, door beleggingen in risicovollere obligaties zoals high yield en obligaties uit opkomende landen. 

Niels Faassen is fondsanalist bij Morningstar Benelux

Macro & Bedrijfsagenda

  1. 29 april

    1. NL producentenvertrouwen april
    2. Philips Q1-cijfers
    3. Fra BBP eerste kwartaal (voorlopig)
    4. AkzoNobel €1,54-ex-dividend
    5. Besi €2,15 ex-dividend
    6. Fugro €0,40 ex-dividend
    7. Heineken €1,04 ex-dividend
    8. Vastned €1,28 ex-dividend
    9. CTP €0,275 ex=dividend
    10. EU consumentenvertrouwen april (definitief)
de volitaliteit verwacht indicator betekend: Market moving event/hoge(re) volatiliteit verwacht